(Historietje) Vroegste geschiedenis kerststal
Waar komt deze traditie vandaan? Voor het eerst zien we de geboorte uitgebeeld in de jaren dertig in de vierde eeuw. Keizer Con-stantijn laat een basiliek bouwen boven de geboortegrot in Bethlehem. In Rome wordt dan het kerstfeest ingevoerd en vastgesteld op 25 december: vlakbij de datum waarop de Romeinen de midwinterzonnewende vierden: het feest van de onoverwonnen zon. De geboorte van Jezus wordt gevierd als het opgaan van de zon der gerechtigheid. Of zoals Johannes het ziet: de menswording van God als het doorbreken van het ware Licht. In preken uit die tijd vindt men deze thema's terug. In één van de oudste liturgische teksten van Kerstmis uit de vijfde eeuw staat deze gedachte verwoord. Vanaf de vierde eeuw maakt men de geboorte van Jezus aanschouwelijk in de kerken, door het opvoeren van een mysteriespel, maar in de loop van de tijd sluipen er zoveel wereldse elementen in dat de opvoeringen door Paus Innocentius in 1207 wordt verboden. In 1223 vraagt Franciscus van Assisi aan Paus Honorius lll toestemming om de kerstboodschap te mogen uitdragen aan de laaggeletterden. Hoe kan dat beter dan met een levend kerstspel. Zo wordt in het Italiaanse dorpje Greccio het beroemdste kerstfeest ge-vierd uit de geschiedenis van de kerk.
Een echte os en een ezel staan bij de kribbe, er was een kindje in de krib-be, en een Jozef en Maria en enkele bijfiguren. De voederbak diende als altaar, en zo wordt de mis opgedra-gen. Franciscus leest het evangelie voor en houdt een preek die het volk, dat van heinde en verre gekomen is, in extase brengt. Het dorpje Greccio was een nieuw Bethlehem geworden, zo wordt later het gebeuren beschreven. Franciscus heeft de kerststal zo-als wij die nu kennen beïnvloed. De Franciscanen bevorderden dit gebruik in kerken en gezinnen. Particulier gebruik kerststallen De eerste voor particulier gebruik vervaardigde kerstgroepen dateren uit de zestiende en zeven-tiende eeuw. In die periode lieten rijke vorsten-huizen kerstkribben maken door kunstenaars. Al heel spoedig volgden de adel en rijke patriciërs dit voorbeeld. Zo liet aartshertogin Maria van Stiermarken in 1577 een aantal buigbare figuren maken, waarvoor ijzerdraad werd gebruikt, dat toen nog een technisch nieuwtje was. Via de Zuid-Europese landen komt de kerststal onze kant op. Pas vanaf de achttiende eeuw raakt de kerststal ingeburgerd in de huiskamers. Steeds meer katholieke (maar ook protestantse) gezinnen zetten een stalletje neer met een klei-ne beeldengroep: de kribbe met het kindje Jezus, Jozef en Maria, de herders en wat op afstand, de drie koningen. Tot 25 december blijft het kribbetje leeg. De drie koningen worden elke dag wat dichter bij de stal gezet, om er op 6 ja-nuari te arriveren. Daarmee is het kerstverhaal voltooid. Kerststallen door de eeuwen heen Door de eeuwen heen is men kerststallen voor gebruik in de kerk en in huis gaan maken. We kennen die traditie al vanaf het einde van de middeleeuwen. Ook zijn er mensen die ze verzamelen. Alle kerststallen zijn anders. Cultuur en visie van de kunstenaar hebben invloed op de uitvoering. Ze zijn ingetogen, uitbundig, kleurig, eenvoudig, veelvormig maar steeds ontroerend. Want elke kunstenaar ging op zoek naar het mysterie van de Geboorte dat we vieren met Kerstmis. Nederland Na de gelijkstelling van de godsdiensten kwamen in de loop van de negentiende eeuw de kerstkribben bij de Katholieken in gebruik. Na het herstel van de hiërarchie in 1853 werden zeer veel kerken gebouwd, waarvoor veel heili-genbeelden kerstkribben nodig waren. Ons land kende, wat het gebruik van de kerststal betreft, tot ca. 1850 geen eigen traditie. Daarom werden de beelden onder andere geïmporteerd uit Rijn-land en Westfalen. Vanaf het eind van de negentiende eeuw worden ook in ons land kerstkribben gemaakt. Veel oude Neder-landse groepen zijn van gips gemaakt en werden vervaardigd in de ateliers van Linsen in Venlo en de gebroeders Van Paridon in Amsterdam. Naast de massaproductie houden veel kunstenaars zich, tot vandaag de dag, bezig met het vervaardigen van kerstgroepen. Tsjechië/Slowakije Ook in deze landen kent men een rijke kerst-kribbentraditie. De achterglasschilderingen dateren uit de achttiende en negentiende eeuw. Momenteel worden daar ook veel kerstkribben van maïsblad gemaakt. Duitsland/Polen In deze landen waren het de Jezuïeten die de kerstkribben binnenbrachten. Dit gebeurde tijdens de Contrareformatie (1853). Sinds die tijd neemt de kerstkribbe in het volksleven in Duitsland een zeer belangrijke plaats in. Men kende daarvoor vermoedelijk al lange tijd het gebruik om kerstverhalen in de kerk na te spelen in poppentheaters of met figuranten.
In Polen kunnen we twee grote groepen kerst-kribben onderscheiden te weten: – de szopka’s – de uit hout gesneden en beschilderde figuren. Aan de figuren, die uit hout gesneden zijn, is duidelijk de Poolse volkskunst te herkennen. Deze beelden zijn vaak zwaar van vorm en in harde kleuren geschilderd. Kerstkribben uit Po-len kunnen ook gemaakt zijn van stro, gedraaid hout en beschilderd glas. De szopka’s vinden hun oorsprong in de late middeleeuwen. Dit decor diende als achtergrond bij de kerstspelen in de poppentheaters. Brazilië Het waren voornamelijk de Jezuïeten, die in de zestiende eeuw de kerstkribben meenamen naar Brazilië en de bevolking vertrouwd maakten met het kerstgebeuren. Na verloop van tijd kreeg de kerstkribbe een duidelijke plaats in de volkskunst. De invloed van de Spaanse en Portugese kerstkribben is in de Zuid- Amerikaanse kerstkribben terug te vinden. Zo wordt de haan vaak uitgebeeld als verkondiger van de Geboorte. Mexico In Mexico werd de kerststallentraditie binnengebracht door de Franciscanen. Ook hier leerde de inheemse bevolking kerst kribben maken van diverse uiteenlopende materialen zoals klei, stro, glas, blik, maïsblad, pitriet en textiel. Opvallend bij veel van deze beeldengroepen is, dat de beeldjes dikwijls in felle kleuren worden beschilderd. De figuren zijn vaak met kindergezichtjes uitgerust.Mexico kent vele kersttradities. Zo is het gebruik van kerststerren een typisch Mexicaanse kersttraditie, die ook in Europa een traditie is geworden. Hoe dit gebruik is ontstaan, kan worden verklaard aan de hand van een legende: Een arm jongetje had niet genoeg geld om een bloem te kopen voor de kribbe in de kerk. Hij plukte een tak van een struik en tot zijn verbazing kleurden enkele groene bladeren rood. Zo kon hij toch een bloem bij de kribbe kon plaatsen. De Mexicanen noemen deze plant “Flor de la Noche Buena”, wat bloem van kerstavond betekent. Lucas In de Bijbel vinden we het kerstevangelie alleen bij de evangelist Lucas. Lucas geeft een in de historie geplaatst verhaal met de woorden: ‘In die dagen vaardigde keizer Augustus een decreet uit...' Er wordt geen stal beschreven, geen os en ezel, maar wel een voerbak waarin het Kind gelegd wordt. De stal, die later aan het kerstverhaal wordt toegevoegd, dient waarschijnlijk om de armoede van Jozef en Maria te onderstrepen. Bij Matteus vinden we de Drie Wijzen uit het Oosten waarover in Lucas niets gezegd wordt. Het aantal drie is waarschijnlijk in de wereld ge-komen doordat er drie geschenken werden aan-geboden: wierook, mirre en goud. Later ging men de drie koningen zien als vertegenwoordi-gers van de drie continenten Azië, Afrika en Eu-ropa. Daarom zijn ze op afbeeldingen vaak bruin, zwart en blank. Maar dan zijn er ook nog de Apocriefe Evangelies, zoals het Evangelie van Jacobus, dat een veel uitgebreider geeft verhaal van de aankondiging, de geboorte en het leven van Jezus . Onze kerststal is als het ware bij elkaar gesprokkeld, maar heeft een lange geschiedenis. | ||
terug | ||